Het onderzoek binnen deze onderzoekslijn richt zich op kwetsbare ouderen, met name op mensen met verschillende hersenaandoeningen zoals dementie, het syndroom van Korsakov, de ziekte van Huntington, en mensen met vasculaire hersenaandoeningen (zoals beroerte).
Enkele lopende onderzoeken zijn:
STRIDE: Ondersteuning en bescherming van oudere personen – UNO Amsterdam
UNO Evenementen, een plek waar iedereen – of je nu verzorgende, verpleegkundige, onderzoeker of behandelaar bent – kennis en inspiratie kan komen halen én brengen. Want kennis ontwikkeling om de ouderenzorg verder te verbeteren doen we samen.
In het begin van de COVID-19 pandemie is er via elektronische patiëntendossiers (EPD’s) in de verpleeghuizen een landelijke registratie gestart door specialisten ouderengeneeskunde. UNO Amsterdam analyseert en rapporteert doorlopend de gegevens uit de COVID-19 registratie binnen het EPD Ysis, waarin inmiddels ook influenza wordt gemonitord. Met dit onderzoek kijken we onder meer naar de symptomen van COVID-19 en het ziektebeloop bij verpleeghuisbewoners. Inzicht in deze gegevens is onder andere van belang voor beleidsafwegingen. vindt u de resultaten van het onderzoek. Een overzicht van de bevindingen vindt u hier: COVID-19 registratie in Ysis (verenso.nl)
Ook al lijkt COVID-19 onder verpleeghuisbewoners momenteel gepaard te gaan met een mild ziektebeeld, zorgvuldige registratie blijft belangrijk. Afnemende immuniteit kan het ziektebeloop veranderen en nieuwe varianten kunnen ons daardoor toch weer verrassen. Het is dan ook van groot belang dat we de COVID-19 registraties via Ysis op peil houden. Prof. Dr. Cees Hertogh vertelt er over in dit filmpje:
Wat weten we van andere infectieziekten in verpleeghuizen? De paradox is dat we nu meer weten van Covid dan van bijvoorbeeld influenza. Gegevens over influenza in de verpleeghuizen ontbreken nagenoeg. Daarom is – op verzoek van het OMT- sinds het najaar van 2022 de COVID-19 registratie in Ysis uitgebreid naar influenza.
Hoe kun je CRP point-of-care testing in je verpleeghuis inzetten om antibioticagebruik voor lage luchtweginfecties te verminderen?
In deze korte film vertellen we het je in zo’n 3 minuten. Verpleeghuizen die de test konden inzetten bij verdenkingen op lage luchtweginfecties schreven een stuk minder antibiotica voor, vergeleken met verpleeghuizen die standaardzorg zonder de CRP POCT test boden. Het gebruik van de CRP POCT test in verpleeghuizen kan, doordat er minder antibiotica wordt gebruikt, bijdragen aan de wereldwijde strijd tegen de ontwikkeling van antibioticaresistentie.
Op deze poster staat alles wat je als verpleegkundige of verzorgende moet weten over het sticken van urine bij verpleeghuisbewoners. Over dit onderwerp is in de afgelopen jaren veel nieuwe kennis bij gekomen, maar deze kennis wordt in de praktijk nog lang niet altijd toegepast. Lees daarom de informatie op de poster, bespreek het met je team en hang hem op in de teamruimte.
–> Hier kun je de poster downloaden (versie verpleeghuizen)
Misschien roept de informatie op de poster nog vragen bij je op? Bekijk dan Poster veelgestelde vragen over de nieuwe inzichten rondom het sticken van urine bij verpleeghuisbewoners.
Wij organiseren regelmatig een online webinar (45 minuten) waarin we op interactieve manier stilstaan bij de zin en onzin van urine sticken. Ga naar onze evenementenpagina om te zien wanneer het volgende webinar is gepland: www.unoamsterdam.nl/evenementen
Voor wie? Verzorgenden en verpleegkundigen die werken met kwetsbare ouderen (in verpleeghuizen).
Kosten? Geen
Tot enkele jaren geleden werd een positieve urinestick gezien als een bevestiging van de diagnose urineweginfectie (UWI) bij kwetsbare ouderen. Inmiddels weten we dat je met urineonderzoek – zoals een urinestick – niet betrouwbaar een UWI kunt aantonen. Uit onderzoek is namelijk gebleken dat veel kwetsbare ouderen bacteriën in de urine hebben zonder daar klachten van te hebben. De aanwezigheid van bacteriën in de urine – aangetoond met een urinestick – zegt dus niets over of iemand een UWI heeft.
Dit betekent dat we heel anders om moeten gaan met het sticken van urine in verpleeghuizen, en vraagt om verandering van een routine die is ‘ingebed’ in de dagelijkse praktijk. Kennisoverdracht is een belangrijke eerste stap om deze verandering ook écht in gang te kunnen zetten. Daarom hebben wij – samen met verpleegkundigen en verzorgenden – deze informatieposter ontwikkeld.
Verpleegkundigen en verzorgenden die werken met kwetsbare ouderen (in verpleeghuizen).
Uit verschillende onderzoeken, uitgevoerd bij UNO Amsterdam, blijkt dat er nog steeds vaak urine wordt gestickt in situaties waarin dat niet nodig is. Voorbeelden van deze onderzoeken zijn het ANNA onderzoek en het UrineSTICKs onderzoek. In het UrineSTICKs onderzoek zijn we daarom dieper op dit onderwerp ingegaan. In focusgroep bijeenkomsten met verpleegkundigen en verzorgenden is in kaart gebracht hoe het proces van urine sticken verloopt in verpleeghuizen, én zijn we ingegaan op wat er beter kan. Dit heeft geleid tot de ontwikkeling van een concept informatieposter, en een concept factsheet met tips en handvatten voor het op de juiste manier (niet) inzetten van urinesticks. Beide producten zijn bekeken door een andere, grotere groep verpleegkundigen en verzorgenden. Via een vragenlijst onderzoek gaven zij hun mening en feedback. Dit is verwerkt in de huidige definitieve versie van de poster (en in de definitieve versie van de factsheet, die hier te vinden is).
Enige tijd geleden is door de UNO themagroep ‘goede organisatie van zorg’ de factsheet ‘initiatieven antibioticaresistentie langdurige zorg’ ontwikkeld. De aanleiding hiervoor was de constatering dat veel verschillende partijen ‘het veld’ benaderen met allerlei initiatieven op het gebied van antibioticaresistentie.
De factsheet is in januari 2021 geactualiseerd en biedt een overzicht van al deze initiatieven. Dit kan zorgorganisaties helpen om de juiste partijen te benaderen en bronnen te vinden bij het (door)ontwikkelen van het thema antibioticaresistentie.
Download het hier: Factsheet Initiatieven antibioticaresistentie langdurige zorg
Een interactieve klinische les die gebruikt kan worden om kennis over te brengen aan verpleegkundigen en verzorgenden in verpleeghuizen. De klinische les is opgebouwd uit de volgende thema’s: infecties (in het algemeen), antibiotica, antibioticaresistentie, urineweginfecties en luchtweginfecties.
De klinische les bestaat uit een presentatie met ondersteunende notities. Ook zitten er links in naar verschillende filmpjes. Om de klinische les interactief te maken zijn casuïstiek en verschillende vragen aan de aanwezigen toegevoegd.
Deze klinische les beoogt bij te dragen aan het verhogen van het kennisniveau over infecties, antibiotica en antibioticaresistentie in het verpleeghuis. Meer kennis over deze onderwerpen kan leiden tot meer bewustzijn over wat je als verpleegkundige of verzorgende kunt doen om infecties te voorkómen, en om bij te dragen aan het beter vaststellen en behandelen van infecties.
De klinische les is gericht op verpleegkundigen en verzorgenden die werken met kwetsbare ouderen (in verpleeghuizen). De klinische les kan door artsen, verpleegkundigen of verzorgenden gegeven worden.
Het geven van de klinische les kost ongeveer één uur. Het is mogelijk om de klinische les in te korten door bepaalde onderdelen over te slaan, of juist uit te breiden met bijvoorbeeld lokale afspraken. Degene die de klinische les geeft heeft daarnaast ook nog voorbereidingstijd nodig, ongeveer 30 minuten tot één uur.
Tips voor gebruik van de klinische les:
Op welke evidence is het gebaseerd?
De klinische les is ontwikkeld in het kader van een stageproject voor leerling verzorgenden niveau 3 (uitgevoerd in schooljaar 2017-2018 en 2019-2020). In dit project kregen leerling verzorgenden de opdracht om bij hun collega’s vóór en na het geven van de klinische les een kennistoets af te nemen over het onderwerp ‘infecties’. Het doel was om na te gaan of het kennisniveau door de klinische les verhoogd werd. Dit bleek het geval te zijn: er was een sterke toename in de scores op de kennistoets (van 33% met een voldoende naar 94% met een voldoende). Meer over dit project is te lezen in dit artikel in het Tijdschrift voor Ouderengeneeskunde.
In 2021 is de klinische les geüpdatet, waarbij nieuwe inzichten uit onderzoek zijn toegevoegd.
Help mee om de dreiging van antibioticaresistentie te voorkomen, door te investeren in het beter vaststellen en behandelen van infectieziekten in verpleeghuizen. Bijvoorbeeld bij urineweginfecties en lage luchtweginfecties.
Je hebt vast al kennis gemaakt met de verschillende UNO Amsterdam producten die kunnen ondersteunen bij het beter vaststellen en behandelen van infectieziekten in de ouderenzorg. Kun je meer hulp gebruiken bij je verbeter- of implementatieproject, dan vind je op deze pagina een aantal handvatten daarvoor.
Op basis van onderzoek, maar vooral ook casuïstiek, vragen en dilemma’s ingebracht door zorgprofessionals en hun ervaringen met het gebruik van de interventies in de praktijk, zijn implementatiematerialen ontwikkeld die individuele (zorg)professionals of de trekker van een verbeter-of implementatietraject kunnen helpen. De materialen kunnen voor verbeterplannen als startpunt gebruikt worden:
Een kort informatief filmpje waarin op een heldere manier, ondersteund door animaties, uitleg wordt gegeven over urineweginfecties (UWI) bij kwetsbare ouderen. Wanneer moet je als verpleegkundige of verzorgende denken aan een UWI? Hoe zit het met de urinestick? En: wanneer zijn antibiotica nodig en wanneer juist niet?
Dit filmpje heeft als doel om verpleegkundigen en verzorgenden kennis bij te brengen uit de Verenso richtlijn ‘Urineweginfecties bij kwetsbare ouderen’ (2018). Door het toepassen van deze kennis kunnen verpleegkundigen en verzorgenden artsen beter ondersteunen bij het vaststellen van UWI. Dit kan ervoor zorgen dat er minder onnodig antibiotica wordt voorgeschreven en zo wordt bijgedragen aan het terugdringen van antibioticaresistentie.
Verpleegkundigen en verzorgenden die werken met kwetsbare ouderen (in verpleeghuizen).
Het filmpje duurt ongeveer 5 minuten.
Het filmpje kan individueel bekeken worden of in groepsverband, bijvoorbeeld tijdens een teamoverleg of als onderdeel van een klinische les.
Tips voor implementatie van het filmpje
Een eerdere versie van het filmpje is ontwikkeld in het kader van een onderzoeksproject: het ANNA onderzoek. Het filmpje maakte binnen dit project deel uit van een pakket aan interventies gericht op de implementatie van de Verenso richtlijn ‘UWI bij kwetsbare ouderen’. Het ANNA onderzoek betrof een randomized controlled trial (RCT) waarbij verpleeghuizen in de interventiegroep het pakket aan interventies ontvingen, en verpleeghuizen in de controlegroep niet. In verpleeghuizen in de interventiegroep werd antibiotica voor UWI in 62% van de gevallen volgens de richtlijn voorgeschreven, in de controlegroep was dat in 49% van de gevallen*. Er waren daarbij geen aanwijzingen voor meer complicaties, ziekenhuisopnamen of overlijdens onder verpleeghuisbewoners met een verdenking op UWI in de interventiegroep. In totaalgebruik van antibiotica werd in de interventiegroep een sterkere afname geobserveerd in vergelijking met de controlegroep.
Omdat het filmpje onderdeel uitmaakte van een pakket aan interventies, is niet precies te zeggen wat het eventuele effect van het filmpje is op antibiotica voorschrijven volgens de richtlijn. Wel is in het onderzoek geëvalueerd hoe verpleegkundigen en verzorgenden het filmpje hebben ervaren. Deze inzichten zijn verwerkt bij de ontwikkeling van de huidige versie van het filmpje.
*Dit verschil was niet statistisch significant, want in ieder geval deels verklaard wordt doordat de benodigde inclusie aantallen voor deze studie niet behaald zijn.
UWI patiëntenbrief géén Antibiotica – digitaal
UWI patiëntenbrief géén Antibiotica – papier
Een informatiebrief die door artsen, verpleegkundigen en verzorgenden uitgereikt kan worden aan verpleeghuisbewoners met een verdenking op urineweginfectie (UWI), waarbij er géén antibiotica wordt gestart door de arts. Er zijn twee versies beschikbaar: één op papier en één digitale versie.
Het komt regelmatig voor dat antibiotica worden voorgeschreven omdat er druk of een bepaalde verwachting wordt ervaren vanuit bewoners en/of hun familieleden. Er is bij hen dan vaak sprake van ontbrekende kennis over wanneer antibiotica precies nodig zijn, en wat de voor- en nadelen ervan zijn. Deze informatiebrief kan artsen, verpleegkundigen en verzorgenden ondersteunen in het uitleggen waarom antibiotica in bepaalde situaties (nog) niet nodig zijn.
De informatiebrief is bedoeld voor bewoners en/of hun familieleden, en kan uitgereikt worden door artsen, verpleegkundigen of verzorgenden.
Het geven van eventuele verdere toelichting of het beantwoorden van vragen over de patiëntenbrief kan wat tijd kosten. Het is ook mogelijk dat het uitreiken van de brief juist tijd oplevert, als de informatie nagelezen kan worden door de bewoner/familie en de arts of zorgmedewerker daardoor minder uitleg hoeft te geven.
Deze informatiebrief is ontwikkeld naar aanleiding van een onderzoek (het IMPACT onderzoek), waarin duidelijk werd dat artsen regelmatig onnodig antibiotica voorschrijven omdat zij druk of een bepaalde verwachting ervaren vanuit bewoners en/of hun familieleden. In een ander onderzoek, het ANNA onderzoek, is een eerdere versie van deze brief (uit 2019) onderdeel gemaakt van een pakket aan interventies gericht op de implementatie van de Verenso richtlijn ‘UWI bij kwetsbare ouderen’. Een aantal verpleeghuizen die deelnamen aan het ANNA onderzoek ontvingen dit pakket (de interventiegroep), een aantal andere verpleeghuizen ontvingen het pakket niet (de controlegroep).
In verpleeghuizen in de interventiegroep werd antibiotica voor UWI in 62% van de gevallen volgens de richtlijn voorgeschreven, in de controlegroep was dat in 49% van de gevallen*. Er waren daarbij geen aanwijzingen voor meer complicaties, ziekenhuisopnamen of overlijdens onder verpleeghuisbewoners met een verdenking op UWI in de interventiegroep. In totaalgebruik van antibiotica werd in de interventiegroep een sterkere afname geobserveerd in vergelijking met de controlegroep.
Omdat de informatiebrief onderdeel uitmaakte van een pakket aan interventies, is niet precies te zeggen wat het eventuele effect van deze informatiebrief is op antibiotica voorschrijven volgens de richtlijn. Uit het onderzoek weten we wel dat de informatiebrief slechts beperkt is gebruikt. In de evaluatie van het onderzoek – met artsen, verpleegkundigen en verzorgenden – hebben we hier verschillende verklaringen voor gevonden, die we hebben omgevormd tot de ‘tips’ bij het kopje ‘wat is er nodig?’ hierboven. Daarnaast hebben we de inhoud van de brief getoetst vanuit het perspectief van de bewoner en aangepast in samenwerking met de cliëntenraad van één van de deelnemende organisaties.
* Dit verschil was niet statistisch significant, wat in ieder geval deels verklaard wordt doordat de benodigde inclusie aantallen voor deze studie niet behaald zijn.
Download hier het Stappenplan Implementatie van CRP POCT in verpleeghuizen.
Download de Engelse versie hier: Stappenplan CRP POCT implementatie_ENG.
Een stappenplan dat ondersteunt bij de implementatie van C-reactief proteïne (CRP) point-of-care testing (POCT) voor lage luchtweginfecties (LLWI) in verpleeghuizen. Het neemt de gebruiker stap voor stap mee door de volgende drie fasen van het implementatieproces: voorbereiding, implementatie en blijvend gebruik.
Onderzoek heeft aangetoond dat de inzet van CRP POCT in verpleeghuizen leidt tot minder antibioticagebruik voor LLWI, zonder negatieve gevolgen voor patiënten. Dit verminderd antibioticagebruik draagt bij aan betere zorg voor individuele patiënten én aan het terugdringen van antibioticaresistentie.
Voor verpleeghuisorganisaties die:
Disciplines binnen de verpleeghuisorganisatie voor wie het stappenplan relevant is, zijn managers, artsen en verpleegkundigen.
Een exacte tijdsinvestering is moeilijk aan te geven, omdat de snelheid van het implementatieproces afhangt van verschillende factoren (b.v. de mogelijkheden tot samenwerking met een diagnostisch centrum / laboratorium) en daardoor per organisatie zal verschillen. Het is aan te raden in ieder geval voldoende de tijd te nemen voor de voorbereidingsfase en niet te snel aan de slag te willen gaan met de daadwerkelijke implementatie. Afhankelijk van de verschillende mogelijkheden, is de inschatting dat CRP POCT geïmplementeerd kan zijn binnen enkele maanden tot één jaar.
De eerste stap is zorgen dat dit stappenplan terecht komt bij de juiste personen in de organisatie. Dit betreft in ieder geval de artsengroep: het is van belang dat er bij hen interesse en behoefte bestaat voor de inzet van CRP POCT bij LLWI. Het is ook van belang om een manager te betrekken die beoordeelt of de timing geschikt is om CRP POCT te implementeren (zijn er bijvoorbeeld geen organisatorische ontwikkelingen die de implementatie kunnen belemmeren of vertragen?).
Is het antwoord op beide punten positief? Dan kun je aan de slag! Alles wat er nodig is om CRP POCT in je organisatie te implementeren, is beschreven in het stappenplan zelf. Het stappenplan kan uitgeprint worden (dit kan handig zijn om de verschillende stappen ‘af te vinken’) of digitaal geraadpleegd worden.
Het stappenplan is ontwikkeld naar aanleiding van een onderzoeksproject: het UPCARE onderzoek. Hierin is onderzocht wat het effect is van het gebruik van CRP POCT op het voorschrijven van antibiotica bij verpleeghuisbewoners met een verdenking op LLWI. Er bleek een sterk (statistisch significant) positief effect te zijn: verpleeghuizen die CRP POCT tot hun beschikking hadden, schreven bijna 30% minder antibiotica voor in vergelijking met verpleeghuizen die géén CRP POCT gebruikten. Tegelijkertijd waren er geen negatieve gevolgen voor patiënten: er was geen (statistisch significant) verschil in herstel van de LLWI tussen patiënten in de ‘CRP POCT verpleeghuizen’ en patiënten in de verpleeghuizen zonder CRP POCT, en ziekenhuisopname en overlijden kwamen in beide groepen zeer weinig voor. In het onderzoek is ook gekeken of de inzet van CRP POCT kosteneffectief is. Hieruit bleek dat de inzet van CRP POCT effectiever en iets duurder is dan reguliere zorg zonder CRP POCT, maar dat er 65% kans is op return-on-investment. Samengenomen heeft dit geleid tot de aanbeveling om CRP POCT in te zetten bij verpleeghuisbewoners met een verdenking op LLWI.
Binnen het onderzoeksproject is ook gekeken naar bevorderende en belemmerende factoren voor implementatie en gebruik van CRP POCT in verpleeghuizen. Deze inzichten zijn verwerkt in het stappenplan, evenals wetenschap- en praktijkinzichten van een betrokken POCT-specialist en aanbevelingen uit de NHG-richtlijn ‘Point-of-care testing in de huisartsenzorg’ (2015).
Onlangs is ons onderzoek ‘COVID-19, de verpleeghuisstudie’ afgerond. Een onderzoek waarin wij hebben onderzocht wat de bijdrage is van bewoners en medewerkers zonder symptomen. Want wanneer bewoners en medewerkers het virus verspreiden zonder dat zij symptomen hebben, heeft dit belangrijke gevolgen voor het testbeleid van het verpleeghuis en voor het gebruik van persoonlijke beschermingsmaatregelen.
Inmiddels weten we dat bewoners met dementie niet of nauwelijks hun lichamelijke klachten kunnen aangeven én dat medewerkers moeite hebben met het serieus nemen van de eigen klachten. Beide hebben gevolgen voor hoe het aantal besmettingen binnen een verpleeghuis zich verspreid.
Omdat we helaas nog steeds middenin de pandemie zitten en er elke dag nog duizenden besmettingen bijkomen en daardoor de druk op onze verpleeghuizen opnieuw toeneemt of op z’n minst hoog blijft, is het van belang dat wij onze kennis zo snel en efficiënt als mogelijk delen met diegenen die elke dag voor onze bewoners zorgen.
Bekijk daarom nu de korte animatiefilm en praatplaat. Speciaal gemaakt voor verzorgenden en verpleegkundigen in de verpleeghuiszorg. Deel de film en praatplaat via social media, plaats het op je website, neem het op in nieuwsbrieven, stuur het naar je collega’s, hang de praatplaat op in medewerkersruimten….
Help ons deze kennis zo breed als mogelijk te verspreiden.
Download de praatplaat en poster hier.
Evaluatie implementatie COVID-19 testbeleid in verpleeghuizen
Sinds 3 september 2020 is het advies om in geval van een uitbraak van COVID in het verpleeghuis wekelijks bewoners en medewerkers van de kleinst afsluitbare eenheid te testen ongeacht symptomen. Hierdoor kunnen bewoners en medewerkers met SARS-Cov-2 snel gevonden worden en door isolatie een uitbraak snel ingedamd worden. Wij hebben afgelopen jaar onderzocht hoe dit beleid is geïmplementeerd in het verpleeghuis en welke belemmerende en ondersteunende factoren werden ervaren.
Onderzoeksverslag evaluatiestudie verpleeghuizen COVID-19
Bijlagen bij Onderzoeksverslag evaluatiestudie verpleeghuizen COVID-19
Afstand houden waar het kan, regelmatig handen wassen, testen bij gezondheidsklachten. In het verpleeghuis beschermen deze en meer basismaatregelen kwetsbare bewoners en zorgmedewerkers tegen coronabesmetting. Toch worden, net zoals in de hele samenleving, deze maatregelen ook in de ouderenzorg steeds meer losgelaten. Dat kan zeker in het najaar weer tot zorgelijke situaties leiden door oplopende besmettingen.
Het UNO ontwikkelde deze praatplaat. Bespreek deze met elkaar en kijk waar je de maatregelen weer beter kunt toepassen of weer helemaal gaat oppakken.
Hou je taai!