Evaluate

EVALUATE: verbeteren van de evaluatiefase van methodisch werken bij probleemgedrag bij dementie

ACHTERGROND EN RELEVANTIE

Probleemgedrag zoals rusteloos gedrag, agressie of depressief gedrag komt veel voor bij mensen met dementie in de langdurige zorg (>80%). Probleemgedrag vermindert de kwaliteit van leven van de bewoner en diens omgeving en heeft ook impact op de zorg. Er zijn meerdere effectieve methoden ontwikkeld om probleemgedrag te verminderen op basis van methodisch werken, zoals ABC, Grip op probleemgedrag, Sta Op en Stip. Deze methoden bestaan uit een signalering, analyse, diagnose, behandel- en evaluatiefase. Uit eerder onderzoek blijkt dat het methodisch werken in de praktijk vaak niet goed verloopt, met name de evaluatiefase. Deze fase is juist cruciaal om te weten wat werkt en wat niet. De evaluatie kan  zorgprofessionals juist bewust maken van successen, wat hun werktevredenheid en gevoel van competentie vergroot.

 PROBLEEMSTELLING EN DOELSTELLINGEN

De aanpak van probleemgedrag middels het methodisch werken is vaak onvoldoende effectief, vooral omdat de evaluatiefase niet goed wordt uitgevoerd. Het doel is om in samenwerking met de praktijk een praktisch toepasbare evaluatie werkwijze te ontwikkelen om dit te verbeteren. Hiertoe willen we vier onderzoeksvragen:

  1. Welke methoden en meetinstrumenten worden geadviseerd voor een goede evaluatie?
  2. Hoe verloopt methodisch werken, met name de evaluatiefase, nu in de praktijk?
  3. Hoe kan de evaluatiefase middels praktische werkwijze worden verbeterd?
  4. Zorgt de nieuwe werkwijze voor een effectievere aanpak van probleemgedrag?

 PLAN VAN AANPAK

Binnen Universitair Netwerk Ouderenzorg (UNO) Amsterdam voeren onderzoekers,  zorgprofessionals, naasten en bewoners in drie zorgorganisaties actieonderzoek uit. Gedurende het onderzoek betrekken we adviseurs uit andere zorgorganisaties.

Het onderzoek verloopt in zeven fasen.

Deze fasen omvatten:

  1. Pre-oriëntatie: opzet actieonderzoeksgroep (in elke organisatie een) en adviespanel (met adviseurs ook uit andere organisaties)
  2. Oriëntatiefase: Het in kaart brengen van de huidige kennis in praktijk en literatuur over welke methoden en meetinstrumenten er worden geadviseerd voor de aanpak van probleemgedrag met name de evaluatiefase, inclusief belemmerende en bevorderende factoren hierbij. De methoden hiertoe zijn: literatuuronderzoek, gesprekken zorgprofessionals; en analyseren hoe vaak de evaluatiefase plaatsvindt bij (farmacologische) behandelingen op basis van gegevens uit het elektronisch patiëntendossier. De inzichten vormen de basis voor de te ontwikkelen praktisch toepasbare evaluatie werkwijze.

III. Planning & ontwerpfase: In co-creatie met de praktijk ontwerpen van een conceptwerkwijze, inclusief concept ondersteunende informatiematerialen en scholing. Met de zorgorganisaties stellen we een plan van aanpak op voor implementatie binnen hun specifieke context.

  1. Actie & observatiefase (uitvoering interventie): Zorgprofessionals gebruiken de werkwijze en ondersteunende materialen om de evaluatiefase te verbeteren. Ervaringen met de werkwijze halen we op met gesprekken en vragenlijsten onder zorgprofessionals en bewoners en logboeken van de drie actieonderzoeksgroepen.
  2. Reflectie & evaluatiefase: Analyse van ervaringen en bespreking ervan met de actieonderzoeksgroepen, uitmondend in aanbevelingen voor doorontwikkeling van de werkwijze.

Na deze cyclus worden fasen III-V opnieuw doorlopen, met als doel de werkwijze verder aan te scherpen. Na de laatste cyclus wordt de werkwijze definitief gemaakt.

  1. Oplevering eindproducten met aandacht voor verspreiding en

VII. Implementatie in de zorgpraktijk binnen en buiten de deelnemende zorgorganisaties en testen van (kosten)effectiviteit van de nieuwe werkwijze middels een voor- en nameting.

 

BEOOGDE RESULTATEN

Door het ontwikkelen van een praktische evaluatie werkwijze beogen we de effectiviteit te vergroten van methodisch werken om probleemgedrag te verminderen en daarmee de kwaliteit van leven van de bewoner en diens omgeving en het werktevredenheid en gevoel van competentie van de zorgprofessionals te verhogen.

 

IMPACT

Binnen de betrokken organisaties gaan veranderen, leren en kennisontwikkeling hand in hand. Het participatieve, cyclische en reflexieve karakter van actieonderzoek met aandacht voor de unieke context van de praktijk zorgt voor een implementeerbare werkwijze.  Inbedding in het Universitair Netwerk Ouderenzorg (UNO) Amsterdam zorgt voor draagvlak en in alle fasen stilstaan bij bevorderende en belemmerende factoren biedt een goede basis voor implementatie in andere zorgorganisaties. Met gericht delen van (tussentijdse) resultaten binnen de langdurige zorg streven we er naar een brede groep zorgprofessionals, naasten en bewoners te bereiken.

 

SAMENWERKING

In dit project werken onderzoekers van Universitair Netwerk Ouderenzorg (UNO) Amsterdam, samen met co-onderzoekers, zorgprofessionals, naasten en bewoners van zorgorganisaties Atlant Zorggroep, Kennemerhart en Quarijn. Vertegenwoordigers uit andere zorgorganisaties adviseren gedurende het project.